3.3.1. Inkomensregelingen
We vergroten de kans op werk naar vermogen, door inwoners en werkgevers actief te begeleiden. Daar waar nodig bieden wij een vangnet, zodat iedereen kan meedoen in de samenleving. We verstrekken een inkomen wanneer men hier recht op heeft en bieden daar waar nodig aanvullende inkomensondersteuning. Met behulp van een brede uitvraag wordt inzicht verkregen in mogelijke oplossingen gericht op de eigen kracht van de inwoner. Er wordt passende begeleiding geboden op weg naar betaald werk, het opdoen van werkervaring (vrijwilligerswerk) op korte of lange termijn. Alle kinderen worden geholpen, zodat Hilversumse kinderen zoveel mogelijk gelijke kansen krijgen. |
---|
Activiteiten
● | Uitvoeren ‘minimabeleid op maat’, waarbij het aanbod e-diensten verder wordt ontwikkeld. | |
---|---|---|
● | Uitvoeren van landelijk ingestelde inkomensregelingen voor getroffen bedrijven door de coronacrisis, zoals de TOZO-regelingen. | |
● | Vraaggericht werken en daarbij de vraag van de inwoner in breed perspectief bekijken, als onderdeel van de brede uitvraag. | |
● | Beperken instroom in de bijstand door inzet op preventie. | |
● | Verstrekken van uitkeringen in het kader van de Participatiewet, voor oudere werklozen (IOAW, IOAZ) en Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz). | |
● | Uitvoeren van de landelijke regelingen waaronder de studietoeslag, inkomenstoeslag en bijzondere bijstand. | |
● | Invoeren van de Hilversumpas per 1 januari 2021, ondersteunend aan het minimabeleid. | |
Toelichting op activiteiten
In 2021 is er invulling gegeven aan diverse ambities. Zo is gestart met e-diensten binnen het minimabeleid; de Activeringsregeling is nu digitaal aan te vragen. Daarnaast is de landelijke inkomensregelingen voor door de coronacrisis getroffen ondernemers uitgevoerd. Het ging om de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo), de Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) en – na beëindiging van de Tozo - de Bbz-light. Verder is de verstrekking van uitkeringen op basis van de Participatiewet gerealiseerd en zijn landelijke regelingen, zoals de studietoeslag, de individuele inkomenstoeslag en de bijzondere bijstand verstrekt. Het vormgeven van integraal werken en het doen van een brede uitvraag onder cliënten is als gevolg van de coronacrisis vertraagd. Wel zijn we in 2021 gestart met het inkopen van instrumenten om klanten met een grote afstand tot de arbeidsmarkt te bedienen, zoals trainingen in de omgekeerde toets. Ook zijn doorbraaktafels opgezet om in complexe cases tot een oplossing te komen. Preventie gericht op instroom in de bijstand bleek lastig door corona omdat persoonlijk contact op kantoor maar beperkt mogelijk was. Daar komt bij dat de crisis gevolgen had voor de instroom in de bijstand, deze is gestegen. Wel zijn we in 2021 gestart met trainingen voor medewerkers in voorliggende voorzieningen. De invoering van de Hilversumpas is kort na vaststelling van de begroting 2021 onderzocht en niet haalbaar gebleken. De gemeenteraad heeft hierover in 2021 een negatief besluit genomen. |
---|
Financiële analyse
Bedragen x € 1.000 (- = voordeel, zonder teken = nadeel) | |||
Lasten | Baten | Saldo | |
Begroting na wijziging | 51.840 | -39.818 | 12.022 |
Realisatie | 52.057 | -40.099 | 11.957 |
Verschil (realisatie t.o.v. gewijzigde begroting) | 216 | -281 | -65 |
In 2021 is er € 33,6 miljoen uitgegeven aan uitkeringen (BUIG), terwijl de baten uitkomen op €32,5 miljoen. In de begroting was uitgegaan van € 33,5 miljoen aan lasten en € 32,4 miljoen aan baten. Ten opzichte van de begroting resulteert dit derhalve in een nadeel van € 37.000.
In 2021 is er € 7,0 miljoen uitgeven aan de TOZO. Deze lasten worden geheel gedekt vanuit de rijksmiddelen. Net als in 2020 komt de forfaitaire vergoeding voor de uitvoering hoger uit dan de werkelijke gemaakte lasten. In lijn met vorig jaar wordt de raad voorgesteld dit voordeel in de ‘TOZO reserve’ te storten. Het gaat om een bedrag van € 167.000.
Daarnaast zijn er vertragingen ontstaan bij het afhandelen van de kwijtscheldingsverzoeken. Dit heeft in 2021 geleid tot minder kwijtscheldingen en daarmee tot lagere lasten (voordeel). De oorzaak van de vertraging is uitval van capaciteit waarbij het niet mogelijk is gebleken deze op korte termijn op te vangen. De raad wordt voorgesteld om € 257.000 over te hevelen naar 2022 om de openstaande kwijtscheldingen af te handelen.